De hele wereld staat in brand en die brand slaat steeds verder uit in onze richting. De verdeeldheid tussen de grootmachten is groter dan ooit, de Aarde, grond, water en lucht zijn smeriger dan ooit, de coronacrisis is nog niet afgelopen of de Russen zijn al begonnen met de uitvoering van Poetins droom: een Groot-Russisch Rijk dat loopt van Lissabon in het westen tot het meest oostelijke puntje van Siberië in het oosten.
En wat doen wij? Terwijl de ellende zich voltrekt staan wij te stampvoeten over de prijs van benzine, de stijgende voedselprijzen, ‘al die beperkingen waar we nog steeds onder gebukt gaan´ en uiteraard dat we gecompenseerd moeten worden voor al die kostenstijgingen.
Ik vergeet bijna te vermelden dat wat Wilders betreft de Oekraïense vluchtelingen niet moeten denken dat ze hier welkom zijn. Nederland is vol. Kein Zimmer mehr frei. Wat denken ze wel? We hebben zelf al veel te veel problemen. Rot op, weg wezen. Vieze profiteurs!
En dan onze regering. Schouder aan schouder staan wij (zo sprak Rutte een week of vijf geleden) om onze broeders in Oekraïne te helpen. En inderdaad staan we schouder aan schouder toe te kijken hoe Oekraïne, inclusief de inwoners, wordt opgeblazen.
Maar ‘we veroordelen de Russische acties wèl in de meest scherpe bewoordingen’.
Daar heeft Poetin niet van terug. Behalve dan dat hij volhardt in de tactiek van alle kleine kinderen, waaronder nagenoeg mijn complete familie: “Nee hoor, dat heb ik niet gedaan. Dat hebben ze zelf gedaan om mij de schuld te kunnen geven¨. De ontkenningsfase heet dat.
Het spijt me dat ik nog steeds regelmatig mijn familie erbij sleep, maar het is nu eenmaal zo dat ik geen schoftenstreek in de media kan tegenkomen zonder dat ik moet denken: “O ja, dat heeft dat tuig ook nog geflikt.”
Na herlezing van die laatste zin besef ik hoe ridicuul die spijtbetuiging is. Het spijt me helemaal niet maar ik heb geen zin om die zin te herschrijven. Sla het maar over of probeer het te vergeten.
Maar goed, intussen blijven we wèl gewoon gas en andere fossiele brandstoffen afnemen van het land dat we nu met een gerust geweten de vijand van het vrije westen mogen noemen, want we moeten natuurlijk ook niet overdrijven, en onze handelsbetrekkingen met Rusland zijn nu eenmaal te belangrijk om zomaar los te laten.
Terwijl de Groningers inmiddels zelf hebben gezegd dat onder deze omstandigheden de gaskraan best nog even open mag blijven, houden we die gaskraan liever krampachtig dicht want ‘beloofd is beloofd.’
Er zijn dus toch nog Nederlanders die zich af en toe aan hun woord houden, al heeft dat in dit geval geen enkele zin. Integendeel.
Omdat het is beloofd laten we liever onze eigen gasreserves ongebruikt in hun gasveldjes liggen, en gaan we liever door met geld overmaken naar Poetin, geld dat hij goed kan gebruiken om zijn volkerenmoord te financieren.
Maar helaas heeft Den Haag geen tijd om na te denken over dat soort futiliteiten. Er zijn belangrijker zaken aan de orde, zoals de vraag wàt De Jonge precies heeft gezegd tegen Sywert over die mondkapjes.
Godallemachtig, wat hebben wij allemaal onze prioriteiten tiptop op orde. En nu ik het erover heb denk ik dat ik daar nog wel meer over te melden heb, over die merkwaardige prioriteiten van ons.
Het huidige inflatiedebat laat zien dat de rigide scheiding tussen portemonnee en geweten geen exclusieve aangelegenheid van Zuidas-advocaten of superjachtbouwers is. https://t.co/E9TRMDAjsC
— Sander Schimmelpenninck (@SanderSchimmelp) April 11, 2022