
Ik houd niet van praatprogramma’s; ik begrijp zelfs de functie er niet van. Alle deelnemers doen niets anders dan het hele programma lang hun eigen mening ventileren, liefst elkaar zo vaak mogelijk onderbrekend, en met het volume als belangrijkste argument. Zonder dat er ooit iets mee bereikt wordt, want nog nooit in mijn hele leven heb ik in een praatprogramma iemand horen zeggen: ‘Verdraaid, daar heb je gelijk in.’
Maar dit keer is er geen sprake van een discussie over een onderwerp. Dit is eigenlijk geen fragment uit een praatprogramma, zelfs geen onderwerp voor een praatprogramma. Hier bekennen twee vrienden hun diepe angsten aan elkaar, ze geven zich bloot, en ’toevallig’ is daar een camera bij.
Zo mag wat mij betreft iedere dag televisie worden gemaakt.