Zucht. Ik heb voorlopig wel weer genoeg aandacht besteed aan wat ik vroeger het circus noemde, of het toneelclubje, maar waarvan ik door het schrijven van de laatste berichten steeds meer ben gaan beseffen dat ik ze daarmee te veel eer heb gegeven. Hoe langer ik erover nadenk, hoe meer ik lees in de nagelaten werken, en hoe meer ik in de krochten van mijn geheugen graaf, hoe meer ik erachter kom dat een doorgesnoven bende, of een op hol geslagen gekkenhuis betere omschrijvingen zijn.

Waarom ik destijds niet veel harder heb opgetreden, waarom ik ze destijds niet voor de rechter heb gesleept, of wat het meest logische zou zijn geweest, waarom ik niet gewoon de hele inventaris heb ingeladen en meegenomen in een vette vrachtwagen met onbekende bestemming, daar begrijp ik helemaal niets van.
Dat laatste zou het leukst zijn geweest. Dan hadden ze daar gestaan met hun grote bekken, zonder enig idee wat ze hadden moeten kopen, en waar, om weer te kunnen opstarten, en vooral hoe ze dat hadden moeten betalen met een leeg geplukte kas en bankrekening.
En niemand had me daarvan kunnen weerhouden.
Ik was murw, denk ik; in ieder geval was ik niet mezelf. Dat begin ik helaas nu pas weer te worden. Pas nu ik helemaal geestelijk los ben van dat malle stel, zijn mijn hersens neutraal genoeg om de hele situatie nuchter te overzien. En om te kunnen bedenken wat ik had moeten doen.
Hoewel, correctie, ik heb een keer iets gedaan, ik heb mijn jurist in oktober 2006 opdracht gegeven om ze voor de rechter te sleuren, maar dat heeft hij, na illegaal overleg met de vijand, eindeloos voor zich uit geschoven. Een jurist die achter de rug van zijn cliënt in gesprek gaat met de tegenpartij en hun advocaat. Toen ik dat hoorde had ik hem meteen de zak moeten geven, de zak.
Hij was een dubbelspion, besef ik nu pas. Hij werkte voor beide partijen. Ik ben één keer bij hem thuis geweest voor overleg en om spullen af te geven, en dat was zo’n merkwaardig uurtje. Mijn nekharen gingen ervan overeind staan. Als hij koffie haalde, dan werd de keukendeur bijvoorbeeld maar op zo’n klein kiertje geopend dat een kopje er maar met de grootste moeite door kon worden aangegeven door iemand aan de andere kant van die deur die ik daardoor niet kon zien en die ook geen antwoord gaf op zijn opmerkingen. Ik mocht niet weten wie dat was, zoveel was wel duidelijk. In mijn onschuld dacht ik toen dat hij misschien samen woonde met een man en dat hij dat hij dat verborgen wilde houden.
Pas nu alle stukken op hun plaats beginnen te vallen, begin ik te begrijpen wat daar de echte reden van was. Ik had gewoon moeten opstaan om behulpzaam die deur voor hem open te houden. Ik durf er alles om te verwedden dat ik dan in het volvette gelaat van de dokter had gekeken. Er is geen andere optie te bedenken. Dat is de enige verklaring voor zijn handelingen na die tijd.
Tijdens die eerste procedure heeft hij, zonder enig overleg, bijvoorbeeld dingen gedaan die in het voordeel waren van de tegenpartij. Hij heeft zichzelf chantabel gemaakt en daar is dankbaar misbruik van gemaakt; kan niet anders. Hij kwam zelfs pas zó laat bij de rechtbank dat we helemaal geen tijd hadden om samen zijn verweer door te nemen. De hele zitting was een verrassing voor me. Dat kan geen toeval zijn geweest.
Een advocaat die zoiets doet kan geschrapt worden. Maar een jurist is geen advocaat.

Het is schorem dat voortdurend bezig was op de grens van wat wel en wat niet verantwoord was. En eerlijk gezegd meestal óver de grens, maar dat kan ik niet bewijzen. Ik wéét het, ik heb het ook in mijn posts van de laatste 2 maanden duidelijk aangetoond, maar keiharde bewijzen kan ik niet leveren. Maar die heb ik ook niet nodig. Ik hoef niemand te overtuigen; ik wil alleen zelf 100 procent zekerheid.

Dat het ‘circusgezelschap’ bestaat uit schorem, dat heb ik duidelijk genoeg aangetoond. Dat nooit iemand daarop heeft durven reageren, is een extra bewijs van die stelling.

Ik had ze, achteraf gezien, nooit op sleeptouw moeten nemen, ik had nooit energie in ze moeten steken. Dat ze dat niet waard waren hebben ze vanaf 1999 duidelijk genoeg aangetoond. Wat een idiote knoeiboel, zeker toen die zogenaamde ‘reddende engel’ van 120 kg schoon aan de haak zich ook nog eens illegaal in het strijdgewoel stortte.

Maar niemand kiest zijn eigen karakter. Niemand denkt ooit: “Ik ga een slecht mens worden.” Het concept slecht heeft gewoon geen enkele betekenis voor ze. Ze doen onder alle omstandigheden alleen maar wat ze zelf willen, en als dat illegaal blijkt te zijn dan moet niet hun gedrag, maar de wet worden aangepast.

Wat goed beschouwd net zo erg, of misschien nog wel erger is, is de houding van het publiek. Wie gewoon toekijkt terwijl een drama zich voltrekt is wellicht slechter dan de veroorzaker van het drama.

Dat het college gestoord is, valt niet te ontkennen. Maar dat is een soort ontoerekeningsvatbaarheid. Maar die smoes gaat niet op voor iemand met een normaal stel hersens, die ondanks alle berekeningen, alle uitspraken, en niet te vergeten al mijn voorspellingen, gewoon blijft giechelen met zo’n stel grootmongolen.

Ik ga, denk ik, een tijdje over andere dingen schrijven. Dat geeft me de tijd om weer vanaf een afstand terug te kijken op de idiote periode. Dan komen er vanzelf weer conclusies bij, die ik daarna weer kan gebruiken voor een nieuwe serie posts.

En er zijn momenteel zoveel andere onderwerpen. Wat moet je bijvoorbeeld denken van media die opgelucht uitroepen dat het ergste achter de rug is, dat het tijd wordt om weer ‘normaal’ te gaan leven. Dat lijkt alleen maar zo, in Nederland en een paar andere landen die strenge maatregelen hebben genomen. Die verfoeide maatregelen die volgens al die DHZ deskundigen veel te streng waren.
Dat die maatregelen goed waren kunnen we nu zien, omdat wereldwijd corona nog iedere dag een steeds groter probleem wordt. We zijn niet bijna klaar, zoals wordt gesuggereerd. Het ergste moet nog komen. Het interesseert ons alleen niet; het is weer ver weg dus wij hebben er geen last van. Tenminste, we hebben er geen last van zolang we geen vakantie proberen te boeken. Want pas als je dat doet, ontdek je voor hoeveel landen reisbeperkingen gelden omdat corona daar nog aan de macht is.

En ook wil ik graag wat aandacht besteden aan andere zaken, zoals racisme. Ik ben fel tegenstander van racisme, maar racisme is maar één onderdeeltje van een veel groter probleem: discriminatie. En voordat we ons druk gaan maken over de slavernij van vroeger, of het verwijderen van standbeelden van foute historische figuren, zouden we beter eerst eens kunnen beginnen met de aanpak van de moderne slavernij waar wij ons allemaal, inclusief die zielige negertjes, schuldig aan maken. Want slavernij bestaat nog steeds, en wij werken daar actief aan mee. Allemaal, ook die kleurlingen die zichzelf hebben uitgeroepen tot de grootste slachtoffers uit de geschiedenis.

Overmorgen krijg ik twee logé’s voor ruim drie weken. Gewoon onschuldige wezentjes, zonder kutstreken in hun hoofd; en zonder blufpartijen. Daar kijk ik naar uit. Ik zal proberen ze in de watten te leggen; en natuurlijk plaats ik er foto’s van.