Ik ben in mijn post ’31 Mei 2020′ iets vergeten dat niet mag ontbreken. Of eigenlijk was ik het niet vergeten; ik had er moeite mee om me zo ver bloot te geven.
Ik heb mezelf terug gefloten, want wie A zegt, moet niet opzien tegen de rest van het alfabet.
Huichelen en toneelspelen moet ik overlaten aan anderen. Die zijn daar beter in; dat heeft de tijd wel bewezen. Niet dat ze er ooit succes mee hebben gehad, maar dat heeft ze nooit mogen weerhouden.
Ik schreef dat ik 2 jaar tijd had om weer een inkomen op te bouwen. Dat stuk was incompleet.
Ik had vóór Coby’s overlijden uiteraard al een inkomen. Een goed inkomen, anders hadden we nooit in dat huis kunnen wonen, en hadden we ook niet drie of vier keer per jaar met vakantie naar Benidorm kunnen gaan.
Er kwam natuurlijk geld uit mijn website en uit het Youtube kanaal. Ongeveer € 200,- per maand. Niet echt veel dus, maar ik hoefde er ook niet veel voor te doen, want dat geld kwam op de automatische piloot binnen, via Google advertenties. Het opzetten, wat zo’n 2 jaar heeft geduurd, dat was natuurlijk wèl veel werk geweest. Website bouwen, informatie verzamelen, foto’s en films maken, er teksten omheen bedenken etc.
Maar daarna had ik er nauwelijks nog tijd voor, en veranderde er nog nauwelijks iets aan de inhoud. Maar toch bleven de bezoekersaantallen goed, en de opbrengst dus ook. Dat was deels mazzel, maar deels ook het bewijs dat mijn formule goed was bedacht.
Zelf rechtstreeks advertenties verkopen was natuurlijk veel lucratiever geweest. Maar dan had ik die website ook veel serieuzer moeten onderhouden. Dan had ik er full-time aan moeten werken, en dat kon ik niet. Personeel aannemen was een andere optie geweest, maar van personeel had ik mijn buik meer dan vol. Ik ben niet voor dompteur in de wieg gelegd.
In de loop van de tijd werd Coby steeds zwakker, niet alleen door de ziekte, maar ook door de therapieën. Daarom wilde ik genoeg aandacht aan haar besteden en ik moest natuurlijk ook steeds meer werk in en om het huis van haar overnemen. Ik kreeg overal les in, zelfs in wasjes draaien, ophangen en strijken. Want er mocht absoluut niets verkeerd gaan als ze niet meer zou zijn.
Daarnaast had ik nog een bron van inkomsten. Eén of twee dagen per week deed ik, wat de Belgen ‘taxipost’ noemen. Eén van de vele vormen van koerierswerk. Wie dat nederig werk wil noemen gaat zijn gang maar, maar ik zelf heb andere omschrijvingen voor werk dat me in staat stelde om in een huis van bijna € 1000,- per maand te blijven wonen, zo vaak mogelijk naar Spanje te gaan, en zelfs om weer een aardig bedrag bij elkaar te sparen.
Overigens betaalde het niet alleen heel aardig, het was erg leuk werk om te doen, en ontzettend dankbaar werk. Het waren ‘specials’ die ik deed, een onderdeel voor een machine naar Limburg brengen bijvoorbeeld, dat nodig was om een hele fabriek weer aan de gang te krijgen. Een modem naar Polen brengen, heb ik ook eens gedaan.
Soms werd ik bijna geknuffeld, zo blij was de ontvanger als ik vroeger aankwam dan was verwacht. Dat is, mag ik wel stellen, een stuk prettiger dan voortdurend alert te moeten zijn om niet van achteren te worden neergesabeld.
En tussendoor heb ik een paar periodes gehad met aardige klussen voor anderen. Websites opzetten, teksten schrijven, teksten redigeren, commentaar leveren. Eén perfecte periode heb ik mogen meemaken, 8 maanden waarin ik meer verdiende dan toen ik nog gekoppeld was aan het circusgezelschap. Die voldoening heb ik in ieder geval gehad. Ik heb mezelf gelukkig bewezen dat ik het nog kon.
Maar toen kwam die kanker weer terug en kregen we te horen dat we samen niet oud zouden worden.
Toen was alles opeens zinloos.
Naarmate die ziekte vorderde ging ik minder werken en minder verdienen.
Na Coby’s overlijden had ik natuurlijk eerst tijd nodig om weer een beetje mens te worden. Daarna wilde ik de draad weer oppakken. Te beginnen, om mezelf af te leiden en om de kas zo snel mogelijk aan te vullen, had ik zoveel mogelijk willen rijden, en daarnaast aan mijn website willen werken. Dan was de begroting in ieder geval weer sluitend geweest.
In de loop van de tijd zou die tijdverdeling dan kunnen veranderen, afhankelijk van de inkomsten.
Er was dus geen panieksituatie met een deadline waarvóór ik vanaf de grond een inkomen had moeten opbouwen. Ik had reserves waarmee ik het twee jaar kon uitzingen en binnen die tijd moest ik weer op gang brengen wat ik al eerder was gestart. Dat herstarten, dàt is dus helaas nooit gelukt.
Nog steeds zou ik dolgraag op die manier aan de gang zijn gebleven. Vooral omdat je de deur uit moet, het land in. En het is dankbaar werk. Iedereen is blij je te zien, want jij helpt ze uit de problemen. En daar krijg je dan ook nog geld voor; en daardoor de kans om mijn eigen productie weer op gang te brengen.
Om voor de hand liggende ‘hilarische’ opmerkingen bij voorbaat de grond in te boren: Ik heb geen hekel aan werk. Iedere opdracht, iedere klus is goed als je het geld kunt gebruiken. Als ik zou moeten kiezen tussen een Pipo-woning of de financiën op peil houden als part-time rioolmedewerker, dan zou ik desnoods morgen tot mijn knieën in de stront staan.
Maar ik kan niet meer werken, helaas. Mag niet van de dokter; en die heeft het weer van mijn rug gehoord.
Maar schrijven kan ik gelukkig wel.